
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1966
Artikel 13
1
Ingeval de houder van een motorrijtuig dit door een ander vervangt, wordt de voor het vervangen motorrijtuig over de nog niet verstreken halve maanden van het lopende tijdvak betaalde belasting op zijn verzoek verrekend met de belasting over die halve maanden voor het vervangende motorrijtuig, met dien verstande dat, indien de laatstbedoelde belasting lager is dan de betaalde, teruggaaf van het verschil slechts plaats vindt over nog niet ingetreden halve maanden. Onder een halve maand wordt verstaan een periode van de eerste tot en met de vijftiende dan wel van de zestiende tot en met de laatste dag van een kalendermaand.
2
Een motorrijtuig dat een zodanige verandering heeft ondergaan, dat de belasting hoger of lager is, wordt voor de toepassing van het eerste lid geacht te zijn vervangen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.